Bijdrage Program­ma­be­groting 2017

Bijdrage Provinciale Staten 31 oktober 2016, agendapunt 11, Programmabegroting 2017:

De Partij voor de Dieren vindt dat wij in de politiek af moeten van het menscentrale denken. Het vormt een bedreiging voor het algemeen belang als de mens focust op zijn eigen kortetermijnbelangen. Zo komen kwetsbare waarden, diegenen die geen stem hebben of wiens stem niet gehoord wordt steeds in de verdrukking. Het mens-centrale denken blijkt ook voor de Programmabegroting 2017 het uitgangspunt geweest te zijn.

Voorzitter, in mijn inleiding is in vergelijking met de inleiding van 2016 niets veranderd, behalve het jaartal: 2017. Omdat de programmabegroting totaal niet aansluit bij de uitgangspunten van de Partij voor de Dieren wil ik alleen maar op een aantal zaken de aandacht vestigen.

GS schrijft: “We zien grote vraagstukken en nieuwe trends op ons afkomen, zoals toenemende druk op het stedelijk gebied, een veranderende woon- en zorgbehoefte van ouderen, een andere visie van mensen op mobiliteit, een toename van leegstaande gebouwen, een groeiende toestroom aan vluchtelingen en een hogere urgentie om onafhankelijker te worden van fossiele brandstoffen.” Wat we ook op ons af zien komen, is de Nieuwe Wet Natuurbescherming. Helaas wordt deze niet in het voorgaande rijtje genoemd.

Op 1 januari 2017 worden we verantwoordelijk voor de natuur in onze provincie. Dat hoort wat betreft de Partij voor de Dieren ook bij de transformatie. Uitgangspunt van GS is dat de natuur kwaliteit moet hebben én voor mensen beleefbaar is. In 2017 wordt vooral ingezet op de implementatie van de Wet Natuurbescherming. Beleid en verordeningen worden bijgesteld en er staat nog een heel aantal andere speerpunten op de agenda voor 2017 wat betreft de Wet Natuurbescherming. Dit is weinig concreet beschreven. Daarnaast staat de Wet Natuurbescherming in december op de agenda van PS. Daar zullen de Utrechtse besluiten vallen over de Wet Natuurbescherming. De Partij voor de Dieren wil daarom alvast een aantal voorschotten in de begroting voor de Wet Natuurbescherming. Het eerste voorschot kost geen geld: de Partij voor de Dieren ziet graag een aanvulling: dat de natuur voor mensen beleefbaar én dat de natuur voor dieren leefbaar is. Want daar ontbreekt het nogal eens aan. Mijn fractie is blij dat het ecoduct bij de N227 wordt aangelegd, na instemming van de gemeenteraad van de Utrechtse Heuvelrug in september. Waardoor wilde dieren beter kunnen migreren en het verkeer minder dierlijke slachtoffers zal eisen. Helaas vallen er ondanks allerlei maatregelen toch nog te veel verkeersslachtoffers onder de wilde dieren, en tevens zijn er noodlijdende dieren door andere ongelukkige omstandigheden, veelal door toedoen van menselijke aard. Voor deze noodlijdende dieren vraagt de Partij voor de Dieren bij de bespreking van de Programmabegroting aandacht.

De Dierenbescherming halveert in 2017 de tegemoetkoming voor vele dierenambulances in de provincie, en in 2018 stopt deze subsidie helemaal. Gemeentes subsidiëren veelal slechts een marginaal percentage van de ritten die de Dierenambulance voor dieren in nood, en meestal niet voor alle diersoorten. Gezien de nieuwe Wet Natuurbescherming krijgt de provincie ons inziens tevens een verantwoordelijkheid in het vervoer van gewonde en zieke dieren. Dat is het tweede voorschot wat de partij voor de Dieren van GS vraagt: een tegemoetkoming voor de dierenambulance in de provincie voor het vervoer van zieke en gewonde wilde dieren. Hier dien ik een motie voor in.

Het derde voorschot gaat over de opvang van de zieke en gewonde wilde dieren. Voorzitter, behalve vogelopvang en een aantal particuliere initiatieven is die opvang er nauwelijks in de provincie. De regels die er zijn ten aanzien van de opvang van wilde dieren worden steeds strenger. Vrijwilligers raken uitgeput, de diverse particuliere initiatieven kunnen het hoofd nauwelijks boven water houden en het geld is altijd een enorm probleem. Een laatste voorbeeld is de egelopvang die gestopt is. Utrechtse egels kunnen niet meer worden opgevangen. Deze opmerking is voor een aantal Statenleden waarschijnlijk reden tot gegniffel, maar het is onze verantwoordelijkheid! Daarnaast is de betrokkenheid van inwoners van de provincie bij natuur en dieren groot, zoals maar weer blijkt uit het burgerinitiatief tegen de hobbyjacht. Geen opvang van gewonde en zieke wilde dieren kan toch niet de bedoeling zijn als je als provincie per 1 januari verantwoordelijk wordt voor natuurbeheer. Als je verantwoordelijk bent voor het natuurbeheer in de provincie, ben je ook verantwoordelijk voor de dieren in de provincie. Ook voor de zieke en gewonde dieren. Daarom vraagt de Partij voor de Dieren tevens om een begroting voor een tegemoetkoming ten behoeve van dierenopvangcentra in de provincie Utrecht, waar zieke en gewonde dieren kunnen worden opgevangen. Als de intentie er is om deze dieren op te vangen, moet het vinden van financiering hiervoor niet moeilijk zijn gezien het om relatief geringe bedragen gaat, in verhouding tot andere programma-onderdelen

Tot slot, voorzitter kan ik eindigen met het zelfde slot als vorig jaar: de mens is de enige soort op aarde die zijn eigen leefomgeving en die van andere levende wezens vernietigt. Het menscentrale denken dat hieraan ten grondslag ligt, is niet alleen slecht voor dier, natuur en milieu, maar uiteindelijk ook voor de mensen zelf. Pas als dit college het aandurft om het menscentrale denken los te laten en de provincie Utrecht te bezien vanuit een ander perspectief, één die dieren, natuur en milieu centraal stelt, dan wordt onze provincie pas écht een Topregio!

Voorzitter, ik dank u wel.

Hiltje Keller

Statenlid Partij voor de Dieren