Motie Kadernota - Evaluatie inzet expertise Vergunningverlening t.b.v. beleid voor natuur en landelijk gebied - Aangenomen
Verzoekt het college van GS
1. Te evalueren hoe het team vergunningverlening Natuur en landschap nu betrokken wordt bij het proces van beleidsvorming voor natuur en landelijk gebied, met bijzondere aandacht voor:
• Het moment waarop vergunningverlening betrokken wordt in het proces van beleidsvorming.
• Met alle intern betrokkenen het gesprek te voeren over de optimale positie van vergunningverlening ten aanzien van beleidsvorming.
2. Provinciale Staten te informeren over de uitkomsten.
Aanleiding
In de jaarstukken lezen we dat de complexiteit van vergunningverlening toeneemt, onder andere door ‘toename van ruimtelijke ontwikkelingen in gebieden met kwetsbare natuur’ (p.59). Met de inwerkingtreding van de Omgevingsvisie zal dit niet afnemen. Op dezelfde bladzijde lezen we dat ‘de capaciteit voor vergunningverlening grotendeels op orde is gebracht. Maar dat bepaalde vacatures, ondanks actieve werving, nauwelijks te vullen zijn’. Daarnaast hebben we in een recente voorbeelden gezien dat vergunningverlening te laat betrokken is bij de uitvoering van beleid (de kap bij Eemklooster in Amersfoort of het tijdelijk aantasten van ganzenrustgebied om natuurontwikkeling mogelijk te maken bij de Amerongse bovenpolder). Beoogd effect De urgentie is hoog om de effectiviteit van beleid en de daarbij horende uitvoering, zoals vergunningverlening, te optimaliseren. De gebiedsprocessen en de natuurontwikkeling vragen om een integrale aanpak. Niet alleen ter plekke in de gebieden, maar juist ook ín onze organisatie. Omdat vergunningverlening op het gebied van natuur beleidsgevoelig is, is het logisch dat deze vroeg in het proces van beleidsvorming wordt betrokken. Op dit moment zit vergunningverlening in dezelfde portefeuille als (toezicht op) toezicht en handhaving en dat kan de schijn hebben van “wij van WC-eend”.
Argumenten
1.1 De komende jaren komen grote veranderingen in ons landelijk gebied aan. Meer dan de helft van de oppervlakte van Utrecht is landelijk gebied, die via gebiedsprocessen grote transities zullen meemaken, op het gebied van natuur, biodiversiteit, landbouw, klimaatadaptatie, waterkwaliteit etc.;
1.2 Er liggen nog grote opgaven om bijna 2.000 hectare NNN te ontwikkelen, 1.500 hectare nieuw bos, om te voldoen aan KRW-doelen in 2027. Al deze opgaven concentreren zich op het beleidsterrein van natuur en landbouw;
1.3 Optimale efficiëntie én effectiviteit van de beleidsvorming én beleidsuitvoering, waar vergunningverlening onderdeel van uitmaakt, is van cruciaal om zo snel mogelijk de transitie ook daadwerkelijk in te zetten;
1.4 De complexiteit van vergunningverlening zal met de inwerkingtreding van de Omgevingswet toenemen. Het team vergunningverlening ook klaar moet staan om gemeenten te helpen in het uitvoeren van hun signaalfunctie;
1.5 Het is een doel van de provincie, zo lezen we in de doelenboom van de Kadernota om ‘de uitvoering van de VTH-taken inhoudelijk en financieel beter (te hebben) geborgd’ (doel 3.4.7); 1.6 Vergunningverlening is een belangrijk onderdeel van de uitvoering van beleid, maar als te laat in het proces van beleidsvorming komt dan gaat dat ten koste van de effectiviteit van het beleid.
Olivia Butterman, Partij voor de Dieren
Amos de Jong, Volt
Marjolein van Elteren, GroenLinks
Hans Adriani, PvdA
Status
Aangenomen
Voor
Volt, VVD, D66, PvdA, SP, GL, CU, 50PLUS
Tegen
Utrecht NU!, BBB, FvD, CDA, PVV, SGPLees onze andere moties
Motie Kadernota - Evaluatie bescherming natuurwaarden bij ontwikkeling - Verworpen
Lees verderMotie Kadernota - Nu BIJsturen! Onderzoek naar hoge bijensterfte in de provincie Utrecht en het treffen van maatregelen - Aangenomen
Lees verder