Motie RWZI Verworpen

Verzoekt het college van GS

I. In beeld te brengen in welke mate een extra zuiveringsstap met een ozonreactor (zgn. 4e trap) bij RWZi’s in Utrecht kunnen bijdragen aan

• het verbeteren van de waterkwaliteit,
• de kwaliteit van aquatische habitats, en
• het behalen van de KRW-doelen,

daarbij ook lerende van de ervaringen bij de RWZi in Houten, en ook een vergelijking makende tussen effecten van conventionele ozonisatie vs ozonisatie i.c.m. ultrasound;

II. In de Statenbrief Handelingsperspectief KRW (Q2 2024 toegezegd) een beeld te schetsen wat de behoeften en knelpunten zijn bij waterschappen om versneld RWZi’s uit te breiden met de 4e trap, en waar/hoe de provincie evt. een bijdrage kan leveren, ook aanvullend op wat er al landelijk en regionaal gebeurt;

III. Op basis van de analyse de ondersteuningsmogelijkheden van de provincie in kaart te brengen, inclusief mogelijke vormen van (co)financiering en ambtelijke ondersteuning;

IV. Zodra de uitkomsten voldoende concreet zijn, een gesprek met PS te voeren om over de mogelijkheden te praten, met een voorstel voor vervolgstappen.

Aanleiding:

Ozonisatie is een techniek die het overgrote deel van medicijn- en drugsresten uit afvalwater kan verwijderen. Een pilot van ozonisatie i.c.m. ultrasound laat nog hogere rendementen zien.1 Dit is een grote kans voor RWZi’s, maar vraagt om investeringen en capaciteit die waterschappen niet altijd beschikbaar kunnen en/of willen maken. Er is ook (nog) geen wettelijke verplichting voor waterschappen of normen specifiek voor het verwijderen van microverontreinigingen. Tegelijkertijd voldoen veel oppervlaktewateren in Utrecht niet aan Europese normen, ondanks recente verbeteringen. Dat geldt ook voor de effluentkwaliteit bij RWZi’s. Medicijnresten in water zijn daarbij een omvangrijk probleem, en niet voor niets een belangrijk onderdeel van de green deal duurzame zorg. De Tweede Kamer nam al in november 2018 een motie aan gericht op een snelle uitvoering van de extra zuivering, om medicijnresten uit het communaal afvalwater te verwijderen. Daarna is als onderdeel van ‘het Innovatieprogramma Microverontreiniging uit afvalwater van het Ministerie van

I&W’, in Houten een zgn. 4e trap (zuiveringstechniek met een ozoninstallatie) met subsidie geplaatst. Maar veel meer vooruitgang ontbreekt vooralsnog in onze provincie. Gezien de urgentie voor het aquatisch milieu, de volksgezondheid, en het behalen van de KRW doelen lijkt het verstandig te onderzoeken of, en hoe de provincie kan bijdragen aan het versneld plaatsen van de ozontechnologie op RWZi’s in Utrecht.

Beoogd effect:

• Inzage in de mogelijke effecten van de beschikbare ozonreactors (ook i.c.m. ultrasound), op de waterkwaliteit, de kwaliteit van aquatische habitats, en het behalen van de KRW-doelen;
• Behoefteraming van waterschappen, en inzicht in knelpunten voor investeren en uitvoering;
• Inzage in de mogelijkheden voor de provincie om bij te dragen aan een versnelling van de
  aanpassing van RWZI’s met het oog op de doelstellingen van de KRW, en hoe dit past bij
  verantwoordelijkheden en bestuurlijke afspraken die zijn gemaakt;
• Bijdragen aan een goedgeïnformeerd gesprek tussen PS en GS aangaande de mogelijkheden voor de Provincie Utrecht om eventueel waterschappen verder te ondersteunen met het
  behalen van betere waterzuiveringsresultaten op RWZi’s, d.m.v. de plaatsing van de 4de trap, en hiermee ook bij te dragen aan het behalen van KRW-doelen.