Partij voor de Dieren stelt vragen over omstreden kunstlicht bij vossenbestrijding
De Partij voor de Dieren provincie Utrecht heeft schriftelijke vragen gesteld over het verlenen van een ontheffing voor het opsporen en doden met behulp van kunstlicht van de beschermde diersoort vos. Aanleiding voor de vragen is een zaak die nog loopt bij de Raad van State over afschot van vossen met behulp van kunstlicht. Kunstmatige lichtbronnen zijn in de Benelux-Overeenkomst niet aangewezen als een toegestaan middel. Uit de antwoorden op eerder gestelde vragen hierover heeft het college van Gedeputeerde Staten aangegeven terughoudend om te gaan met het in behandeling nemen van nieuwe aanvragen en slechts in bijzondere omstandigheden ontheffingen te verlenen. Van terughoudendheid is echter niks te merken in de onlangs verleende ontheffing voor afschot van vossen met behulp van kunstlicht.
Hiernaast is door Gedeputeerde Staten mondeling toegelicht dat er in principe geen ontheffingen worden verleend totdat de uitkomst van het Hoger Beroep bekend is, tenzij er sprake is van een bijzondere situatie. De Partij voor de Dieren vraagt zich af waarom er nu toch een ontheffing is verleend voor het doden van vossen met behulp van kunstlicht en onder welke omstandigheden er sprake is van een bijzondere situatie.
Fractievoorzitter Willem van der Steeg heeft eerder vragen gesteld over het opsporen en doden van vossen met behulp van kunstlicht. De antwoorden vindt u hier en hier.
Gerelateerd nieuws
Provincie Utrecht op slot voor hoefdieren
Het damhert en wild zwijn zijn niet welkom in de provincie Utrecht, zo hebben Provinciale Staten van Utrecht maandag beslo...
Lees verderVoorlopig geen afschot vos met behulp van kunstlicht
De Partij voor de Dieren Utrecht heeft eind februari schriftelijke vragen gesteld over een verleende ontheffing voor het do...
Lees verder