Bijdrage Natuurbeleid 2.0. en Hoofdlijnennotitie en Bestuursovereenkomst Grond
Bijdrage Natuurbeleid 2.0. en Hoofdlijnennotitie en Bestuursovereenkomst Grond tijdens de Provinciale Statenvergadering 4 november 2013
Van der Steeg:
"Mijnheer de Voorzitter! 'If you build it, he will come.' Aan dit zinnetje uit de film Field of Dreams moest ik denken, toen ik het Natuurbeleid 2.0 las. De film gaat over een boer die in zijn maisveld loopt en opeens een fluisterend stemmetje deze zin hoort zeggen. Uiteindelijk gaat het er in de film om dat wanneer hij een baseballstadionnetje bouwt, sterspelers uit lang vervlogen tijden een wedstrijd komen spelen. 'If GS build it, they will come.' De sterspelers zijn in dit geval de dieren, de biodiversiteit. De benadering die GS kiest met zijn systeembenadering vind ik daarom heel interessant. Als je een goed huis wilt bouwen, begin je met het leggen van een stevig fundament. Daarom is de PvdD geen voorstander van het uitzetten van dieren. Het huis, de biotoop, is vaak niet in orde en dus gaat het uitzetten vaak gepaard met allerlei onwenselijkheden. Het is een ambitieus uitgangspunt van GS om het huis in orde te krijgen. Ik complimenteer GS daarmee. Hierin schuilt echter ook direct een gevaar. Wat als GS ontdekt dat er meer paalrot in de fundering zit dan oorspronkelijk verwacht? Wordt er dan een verdieping van het huis afgehaald? Of handhaaft men de oorspronkelijke bouwplannen? Daarnaast moet je ook niet verzanden in alleen maar te groot willen denken: alle aandacht voor specifieke natuurwaarden van een gebied, ook als dit een kleinschalig gebied is. Een netwerk is vaak opgebouwd uit allerlei kleine componenten. Die diversiteit geeft dynamiek aan het systeem. Natuurbeleid 2.0 biedt een goed uitgangspunt, maar zal gaandeweg verder moeten worden ingevuld. Wij hopen dat de ambities niet naar beneden bijgesteld worden. Een robuuste natuur kan namelijk een stootje hebben. Dat betekent ook dat er dan meer mogelijk is voor de mens. Focus daarom ook op bronbeleid; neem daar de problemen weg. Anders is het zogenaamde effectgerichte beheer dweilen met de kraan open. Het is ook goed dat GS naar nieuwe financieringsmogelijkheden zoekt. Focus echter niet alleen op de prijs van de natuur. Houd aandacht voor de intrinsieke waarde. Natuur heeft een waarde vanuit zichzelf en voor de mens via ecosysteemdiensten. De natuur kan wel zonder de mens, maar de mens kan niet zonder de natuur. In het Natuurbeleid 2.0 staan heel goede dingen, zoals het ecologisch beheer van provinciale wegbermen, de aandacht voor bijen bij tijdelijke natuur en maatschappelijke participatie via biodiversiteitsteams. Hieruit kan een eigen dynamiek ontstaan, waarbij overheid en maatschappelijk veld elkaar versterken. Als je voor een systeembenadering kiest ten aanzien van het huis, dan hoort daar ook een systeembenadering bij ten aanzien van de bewoners van dat huis en zou je ook een integrale blik horen te hebben op de verschillende dieren en hun onderlinge relatie. Op 21 mei 2012 hebben wij vragen gesteld omtrent de gans en de vos, naar aanleiding van een onderzoek van Rijn in Beeld, getiteld 'Zomerganzen in het rivierengebied: naar een duurzaam kleinere populatie.' Uit dit onderzoek bleek dat de zomerganzenpopulaties op een natuurlijke wijze kleiner gemaakt kunnen worden door de vos niet te bestrijden in de uiterwaarden en dat broedkolonies soms vrijwel verdwenen door de komst van vossen. Het vermelde onderzoek leverde onder andere een inhoudelijke bijdrage om op een alternatieve manier te kijken naar de zomerganzen langs de Rijntakken in de provincie Utrecht. GS antwoordde toen dat de vos op een landelijke vrijstellingslijst staat en dat het niet bevoegd is om het gebruik van de landelijke vrijstelling te verbieden. Dat klopt. Hierin zit ook direct de crux. GS heeft nu niet in de mogelijkheid om te zeggen dat wij de vos in dit door ons geschikt geachte gebied de ruimte geven om ganzen te beheren. Dat kan nu niet. De vrijstelling dwarsboomt dat. GS kan dus eigenlijk geen maatwerk verrichten in de relatie tussen vos en gans. Dat zou best wel eens interessant kunnen zijn, ook vanuit financieel oogpunt. Nu worden er door de intensivering van het afschotbeleid, veroorzaakt door het ganzenakkoord, behoorlijke bedragen gereserveerd. Waarom niet de vos gratis inzetten? SOVON-onderzoek toonde namelijk al in 2006 aan dat de vos de ganzenstand kan beperken en Alterra adviseerde in 2007 om de vos rond Schiphol met rust te laten. Recentelijk toonde onderzoek van SOVON omtrent de invloed van bijvoorbeeld de grauwe gans ook aan dat de vos de belangrijkste predator is voor ganzennesten: slechts 10% kwam uit. Ik wil dan ook bij motie voorstellen om de vos de ruimte te geven om op een natuurlijke manier de ganzenpopulatie te beheren, door hem van de landelijke vrijstellingslijst te halen. Als GS van mening is dat de vos beheerd moet blijven, hoeft het weghalen van de landelijke lijst niets te betekenen. De ontheffingsmogelijkheden van artikel 68 van de Flora- en faunawet laten dit onverlet. GS houdt dus ruimte voor vossenbeleid als het dat wil. Nu hoor ik u denken: en de weidevogel dan? SOVON-onderzoek laat zien dat kuikens voornamelijk worden opgegeten door vogels en eieren door zoogdieren. Ja, de vos is er daar een van. Hetzelfde onderzoek laat echter ook zien dat de totale predatie, dus van alle roofdieren bij elkaar, niet de verklarende oorzaak is van de achteruitgang van de weidevogel. Die oorzaak moet veeleer gevonden worden in het huidige intensieve agrarische gebruik. Een robuuste populatie weidevogels zou de natuurlijke omstandigheden, zoals predatie, namelijk moeten kunnen opvangen. Ik zou het wel interessant vinden om in de gebieden die daarvoor geschikt worden geacht door GS de natuur de natuur te laten en te kijken of de vos kan helpen in zijn wens om tot kleinere ganzenpopulaties te komen. Dat past ook bij het coalitieakkoord. Dat spreekt ervan om binnen het huidige beleid alternatieve en innovatieve verjaag- en bestrijdingsmethoden op te zetten. Tot slot nog een cijfertje. Uit opgevraagde cijfers van de faunabeheereenheid blijkt dat in de afgelopen jaren jaarlijks zo rond de 400 vossen worden afgeschoten in de provincie Utrecht. Let wel: dit is een absoluut minimum aantal, want op basis van de landelijke vrijstelling is het geen verplichting om de afgeschoten vossen te melden en te tellen. Het werkelijke aantal ligt waarschijnlijk dus veel hoger. Graag wil ik nog enkele moties indienen. De eerste twee betreffen de vos, met het verzoek om deze van de landelijke vrijstellingslijst te halen (motie) en om dit onderwerp in IPO-verband te bespreken (motie). De derde motie betreft tijdelijke natuur. De Scherer had een leuk verhaal over de wolf die hij tegenkwam, terwijl hij een appel aan het eten was. Het was me even niet zo heel erg duidelijk of dit nu positief was bedoeld voor de wolf of niet. Ik zou hem er daarom willen helpen herinneren aan zijn steun in juli ten aanzien van de motie 'Welkom wolf.'"
(…)
Tweede termijn
"Mijnheer de Voorzitter! In de eerste plaats dank aan de heer Krol voor zijn steun voor onze motie Tijdelijke natuur. Ik merk enige angst bij de gedeputeerde ten aanzien van de vos. U zegt dat de vos gewoon beheerd moet blijven. Het schrappen van de landelijke vrijstellingslijst hoeft echter helemaal niets te betekenen. U weet net zo goed als ik dat u via het ontheffingenbeleid provinciedekkend de vos zou kunnen blijven beheren als u dat zou willen. Andersom geldt dat u nu bijvoorbeeld niet kunt zeggen dat u het wel een interessant gebied vindt, rekening houdend met allerlei belangen om eens te bekijken wat er gebeurt als we de vos op een bepaalde plek even laten gaan. Dat kan niet, omdat de vos op de landelijke vrijstellingslijst staat, hetgeen inhoudt dat alle jachtaktehouders de vos gewoon kunnen afschieten. U kunt, als u dat zou willen, nu geen maatwerk verrichten. Daarvoor is de motie bedoeld, om u ook de mogelijkheid te bieden om maatwerk te leveren."
Interessant voor jou
Bijdrage Najaarsrapportage 2013 en Begroting 2014
Lees verderBijdrage voorbereidingsbesluit windenergie Lage Weide Utrecht
Lees verder