Toespraak krediet­cri­sis­maat­re­gelen


14 april 2009

De recente en nog voortwoekerende crisis stelt ons voor problemen die duidelijk om een oplossing vragen. Wij moeten deze crisis echter wel durven zien in het perspectief van de andere crises die onze samenleving nu teisteren. In dat licht is het ineenstorten van de financiële graaicultuur niet meer dan een symptoom van een dieperliggend probleem; de voortdurende focus op kortetermijngewin, waarbij het veel grotere belang van duurzaamheid op de lange termijn uit het oog verloren wordt.
De economie voorbij de recessie zal niet meer gericht moeten zijn op een steeds snellere doorstroming
van grondstoffen naar afval, maar, in onze ogen, op het herstel en scheppen van kapitaalvoorraden in
de vorm van het voorkomen van droogte, stabilisering van het klimaat, herstel van de natuur en
biodiversiteit en het creëren van hernieuwbare energiebronnen. Indien wij niet al onze aandacht hierop
richten, zullen wij te maken krijgen met veel ernstiger economische problemen dan wij nu reeds
meemaken. Zo heeft de afname van biodiversiteit niet alleen gevolgen voor planten en dieren, maar
ook een zwaar economisch effect. Uit onderzoek in opdracht van de Europese Commissie bleek
onlangs dat alleen al de gevolgen van ontbossing de wereld veel meer geld gaat kosten dan de huidige
kredietcrisis. Als wij de bossen kwijt zijn, zullen de diensten die zij onze samenleving leverden, zoals
het absorberen van broeikasgassen, het leveren van hout en voedsel en het vasthouden van
watervoorraden, op andere manieren moeten worden ingevuld. Als de ontbossing niet wordt gestopt,
zal dat de mensheid 1,5 tot 3,7 biljoen euro per jaar kosten; 7% van de jaarlijkse wereldeconomie.
De kredietcrisis is in onze ogen een kans om de huidige uitputtingseconomie te hervormen naar een
duurzame economie. In plaats van te focussen op behoud van niet-duurzame industrie en
consumptievormen, is dit het moment om aandacht te vragen voor duurzame consumptievormen. Wij
pleiten daarom voor stimulering van diensten die daarop gericht zijn, zoals voorlichting over
duurzaamheid en stimulering van duurzame productie, zoals 'cradle to cradle-concepten' en
hernieuwbare energiebronnen. Tot onze vreugde zijn daarover inderdaad plannen opgenomen in deze
Versnellingsagenda.
Een concreet voorbeeld van wat de provincie ook kan doen, is het geven van voorlichting op scholen
over de effecten van visserij. 88% van de visbestanden is inmiddels overbevist. Verschillende soorten
staan op de rand van uitsterven. Van de oorspronkelijk ecosystemen in zee is vrijwel niets meer over.
Visserijbiologen voorspellen dat de zeeën en oceanen bij ongewijzigd beleid uiterlijk in 2050 letterlijk
leeggevist zullen zijn. En alles wat dan rest, is een zee vol kwallen en plankton, de enige soorten die in
kaalgeslagen wateren kunnen overleven. Wij vinden het van belang dat je als provincie het goede
voorbeeld geeft en in elk geval niet langer vis te cateren die niet voldoet aan het MSC-keurmerk. De
PvdD vindt dat de plundering van de zee nu eindelijk een halt toegeroepen moet worden.
Daarnaast pleiten wij voor krachtiger stimulering van de biologische veehouderij, in tegenstelling tot
de intensieve veehouderij, met bijzondere aandacht voor regionalisering van de economie. Dat wil
zeggen: streekproducten. In plaats van allerlei kleine projecten vanuit de Agenda Vitaal Platteland, is
het van belang als provincie zwaar in te zetten op grote projecten die daadwerkelijk verschil maken en
zorg dragen voor het verminderen van de intensieve veehouderij. Alleen zo kunnen wij de ontbossing
elders tegengaan en zo het verlies van biodiversiteit verminderen. De intensieve veehouderij is
namelijk verantwoordelijk voor de grootschalige kap van tropische regenwouden en bossavannes
elders in de wereld voor de productie van veevoer. Het snelle verlies van biodiversiteit dat hiervan het
gevolg is, heeft er mede toe geleid dat inmiddels één op de vier zoogdiersoorten met uitsterven wordt
bedreigd. Laten wij als provincie Utrecht het verschil maken en daadwerkelijk zorg dragen voor
minder van de ontbossing elders.
Dan de Versnellingsagenda zelf. Ja, die is er ook nog. Wij zijn enthousiast over de voorstellen die
daarin zijn opgenomen. En niet alleen dat, maar wij waarderen ook de manier waarop hierin is
samengewerkt en hoe er is geluisterd naar alle maatschappelijke organisaties die hierbij betrokken zijn
en hoe er is samengewerkt tussen Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten om deze
Versnellingsagenda tot stand te laten komen. Er is één voorstel, waarbij wij een kanttekening willen
plaatsen. Dat betreft de versnelling van investeringen in innovative bedrijven. Daarin is als punt
opgenomen: "Op korte termijn zullen wij met voorstellen komen om de Life Science sector in Utrecht
een belangrijke impuls te geven". Wij verzoeken Gedeputeerde Staten om het huidige accent op het
stimuleren van alternatieven voor dierproeven voort te zetten en te versterken en om niet meer
bedrijven te stimuleren die proefdiergebruik toepassen. Dit zou bijvoorbeeld verwoord kunnen worden
in het in ontwikkeling zijnde plan voor het stimuleren van maatschappelijk verantwoord ondernemen.
Wij zouden het toejuichen als daarop nog sterker wordt ingezet.

Interessant voor jou

Toespraak herindeling

Lees verder

Toespraak ruimte voor de Lek

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer