Amendement intrinsieke waarde van het dier in het Faunabeheerplan
Provinciale staten van Utrecht in vergadering bijeen op 12 december 2016, ter behandeling van het Statenvoorstel invoering Wet natuurbescherming (Wnb),
besluiten in artikel 3.2.1 Faunabeheerplan, algemeen van de Verordening natuur en landschap provincie Utrecht 2017 (Vnl),
aan het voorstel toe te voegen:
‘’6. Het faunabeheerplan bevat de erkenning van de intrinsieke waarde van een dier.’’
Femke Merel Arissen
Partij voor de Dieren
Toelichting:
De wet erkent de intrinsieke waarde van de natuur (artikel 1.10 Wet natuurbescherming (Wnb)) en het dier (artikel 1.3 Wet dieren). Het betreft de intrinsieke waarde van de natuur in al haar verschijningsvormen. Hiermee erkent de wet de intrinsieke waarde van elk individueel dier, zo blijkt uit het Memorie van Antwoord Wnb.
Deze doelbepaling zou opgenomen moeten worden in de statuten van de FBE en de faunabeheerplannen. Daarmee wordt voor de FBE duidelijk hoe zij dieren moeten waarderen bij het schrijven van de faunabeheerplannen. De FBE kan verantwoording daarover afleggen door een paragraaf hieraan te wijden in de faunabeheerplannen. Daarnaast biedt het in ingewikkelde zaken ook een toetssteen voor een rechter. Hierom pleitte professor Bastmeier in de hoorzitting over de wet in de Tweede Kamer ook voor het opnemen van de intrinsieke waarde van de natuur in de wet. Dit is ook gebeurd en het zou eveneens goed deze op te nemen in de verordening.
Status
Verworpen
Voor
PvdD, SP, GL
Tegen
VVD, D66, CDA, PvdA, PVV, CU, SGPLees onze andere moties
Amendement preventieve en diervriendelijke handelingen in het Faunabeheerplan
Lees verderMotie transitie naar biologische landbouw
Lees verder