Vragen over een dier­vrien­de­lijke kijk op ganzen


Indiendatum: sep. 2014

Geacht college van Gedeputeerde Staten,

Toelichting

In het voorjaar van 2014 zijn twee ontheffingen afgegeven voor het doden van een ongelimiteerde hoeveelheid ganzen[1] door middel van afschot en onthoofding. Om de schade aan landbouw terug te dringen wil de provincie vóór 2018 ruim 32.000 ganzen[2] afschieten en onthoofden. Dat is een enorm aantal.

In het coalitieakkoord staat de volgende passage: “Ter bevordering van dierenwelzijn gaan wij in overleg met de buurprovincies en natuurbeheerders, om binnen het huidige beleid alternatieve en innovatieve verjagings- en bestrijdingsprojecten op te zetten en te stimuleren.” Daarnaast is op 27 juni 2011 een motie unaniem aangenomen van de PvdD, waarin gevraagd werd te onderzoeken welke alternatieve en innovatieve methoden -anders dan het doden van de ganzen- opgenomen kunnen worden in het provinciaal ganzenbeleid.

Het ganzenakkoord, de beleidsnota FFW en het Faunabeheerplan richten zich op symptoombestrijding: Het doden van ganzen. Mogelijke preventieve en diervriendelijke alternatieven om dieren te weren of minder succesvol te laten broeden, zijn niet concreet opgenomen en worden in het beleid niet als voorwaarde gesteld alvorens tot doding over te gaan. Dit ondanks een breed scala aan dergelijke methoden en middelen.[3]

Naar aanleiding van het voorgaande heeft de fractie van de Partij voor de Dieren de volgende vragen:

1. Kunt u aangeven welke stappen de provincie inmiddels heeft ondernomen om de problemen rondom ganzen ook preventief en diervriendelijk te bekijken en aan te pakken, en welke zij nog van plan is te ondernemen?

2. Al jarenlang wordt er een intensief afschotbeleid gevoerd tegen ganzen. Zo zijn er vanaf 2005 ruim 100.000 ganzen afgeschoten en vergast. Toch blijft de ganzenpopulatie gestaag groeien. Bent u bereid om in de nieuw op te stellen Beleidsnota Flora- en Faunawet het preventief en diervriendelijke denken prioriteit te geven boven doding, en hierin een aantal concrete maatregelen op te nemen die aansturen op inzet van preventieve en diervriendelijke methoden tegen de geclaimde ganzenoverlast[4]?

3. In beide ontheffingen staat aangegeven dat de ganzentellingen die half juli zijn uitgevoerd als eerstvolgend meetpunt dienen. Kunt u aangeven wat de actuele populatieomvang is van de grauwe gans en de brandgans, en hoeveel ganzen er -uiteengezet per ganzensoort[5]- vanaf het moment van afgifte van de betreffende ontheffingen zijn afgeschoten, en hoeveel er zijn onthoofd?

Namens de Partij voor de Dieren en hoogachtend,

Willem van der Steeg

[1] Ontheffing nr. 80F89A88 en 80FD0B18. Het gaat om het doden van gauwe ganzen, brandganzen en verwilderde gedomesticeerde ganzen waarbij geen periodiek quotum anders dan een totaalreduc tie van ruim 32.000 ganzen tot 2018 gesteld is.

[2] 31.000 overzomerende grauwe ganzen, 1800 brandganzen en een ongelimiteerd aantal soepganzen.

[3] Inmiddels zijn er tal van diervriendelijke alternatieven, onder meer in overzicht te vinden op: http://edepot.wur.nl/170210

[4] Nu is er in de beleidsnota FFW bij de betreffende ganzensoorten een uitgebreide uitweiding opgenomen omtrent ambities en voorwaarden over ganzendoding, om daarna pas in te gaan op preventieve maatregelen. Hier wordt vervolgens met 1 zin volstaan door te verwijzen naar het handboek faunaschade.

[5] Grauwe gans, brandgans en verwilderde gedomesticeerde gans.

Indiendatum: sep. 2014
Antwoorddatum: 30 sep. 2014

Toelichting:

ln het voorjaar van 2014 zijn twee ontheffingen afgegeven voor het doden van een maximale hoeveelheid ganzen[1] door middel van afschot en onthoofding. Om de schade aan landbouw terug te dringen wil de provincie vóór 2018 ruim 32.000 ganzen[2] afschieten en onthoofden. Dat is een enorm aantal. ln het coalitieakkoord staat de volgende passage: "Ter bevordering van dierenwelzijn gaan wij in overleg met de buurprovincies en natuurbeheerders, om binnen het huidige beleid alternatieve en innovatieve verjagings- en bestrijdingsprojecten op te zetten en te stimuleren." Daarnaast is op 27 juni 2011 een motie unaniem aangenomen van de PvdD, waarin gevraagd werd te onderzoeken welke alternatieve en innovatieve methoden - anders dan het doden van de ganzen - opgenomen kunnen worden in het provinciaal ganzenbeleid. Het ganzenakkoord, de beleidsnota FFW en het Faunabeheerplan richten zich op symptoombestrijding: Het doden van ganzen. Mogelijke preventieve en diervriendelijke alternatieven om dieren te weren of minder succesvol te laten broeden, zijn niet concreet opgenomen en worden in het beleid niet als voorwaarde gesteld alvorens tot doding over te gaan. Dit ondanks een breed scala aan dergelijke methoden en middelen[3].

Naar aanleiding van het voorgaande heeft de fractie van de Partij voor de Dieren de volgende vragen:

1. Kunt u aangeven welke stappen de provincie inmiddels heeft ondernomen om de problemen rondom ganzen ook preventief en diervriendelijk te bekijken en aan te pakken, en welke zij nog van plan is te ondernemen?

Antwoord: Naar aanleiding van de motie van 27 juni 2011 heeft SOVON onderzoek gedaan naar mogelijkheden om het beheer van zomerganzen in Utrecht vorm te geven. ln dit onderzoek zijn ook alternatieve methoden bekeken en beoordeeld. W| hebben uit dit onderzoek geconcludeerd dat alternatieven pas doelmatig ingezet kunnen worden nadat er een sterke reductie van de populatieomvang van Grauwe gans en Brandgans heeft plaatsgevonden. We denken daarbij aan alternatieve verjagingsmethoden en aan inrichtings- en beheers maatregelen om te voorkomen dat er opnieuw een explosieve groei gaat optreden.

2. Al jarenlang wordt er een intensief afschotbeleid gevoerd tegen ganzen. Zo zijn er vanaf 2005 ruim 100.000 ganzen afgeschoten en vergast. Toch blijft de ganzenpopulatie gestaag groeien. Bent u bereid om in de nieuw op te stellen Beleidsnota Flora- en Faunawet het preventief en diervriendelijke denken prioriteit te geven boven doding, en hierin een aantal concrete maatregelen op te nemen die aansturen op inzet van preventieve en diervriendelijke methoden tegen de geclaimde ganzenoverlast?[4]

Anlwoord: Het ganzenbeleid in de nieuwe beleidsnota is gebaseerd op het Akkoord uitvoering ganzenbeleid 2013-2017, gesloten fussen het lnterprovinciaal Overleg en de Ganzen 7. Nadat dit landelijke akkoord sneuvelde is, in overeenstemming met het Projectteam ganzenbeheer Utrecht, besloten in Utrecht verder te gaan in de lijn van dit akkoord. Dit houdt in: een intensieve aanpak in de periode 1 maaft tot 1 november om de populaties van jaarrond verblijvende ganzen te reduceren en rust in de periode 1 november tot 1 maart om de ganzen uit de trekkende populatie zo veel mogelijk te ontzien. Zie verder het antwoord bij vraag 1.

Daarbij merken wij op dat er geen sprake meer lijkt van toenemende aantallen. Het aantal getelde Grauwe ganzen bij de zomeftelling is afgenomen van 36.745 in 2013 tot 27.577 in 2014. Bij de Brandgans is het aantal getelde exemplaren afgenomen van 7.385 in 2013 tot 4.650 in 2014.

3, ln beide ontheffingen staat aangegeven dat de ganzentellingen die half juli zijn uitgevoerd als eerstvolgend meetpunt dienen. Kunt u aangeven wat de actuele populatieomvang is van de grauwe
gans en de brandgans, en hoeveel ganzen er - uiteengezet per ganzensoort[5] - vanaf het moment van afgifte van de betreffende ontheffingen zijn afgeschoten, en hoeveel er zijn onthoofd?

Antwoord: Zie het antwoord op vraag 2. Het aantal Grauwe ganzen dat is gedood in de periode tussen juli-telling van 2013 en de juli-telling van 2014 bedraagt 26.970. Hiervan zijn 15.389 exemplaren geschoten. ln dit totaal ijn ook de 6.386 ganzen opgenomen die, op basis van de vrijstelling uit de Verordening schadebestrijding dierenprovincie Utrecht 2014, zijn gedood ter ondersteuning van verjaagacties in de winterperiode. Voor de Brandgans gaat zijn in de periode tussen juli-telling van 2013 en de juli-telling van 2O14 2.780 exemplaren gedood. Hiervan zijn 1202 exemplaren geschoten.

Gedeputeerde Staten van Utrecht,

[1] Onthefnng nr. 80F89488 en 80FD0B1 8. Het gaat om het doden van gauwe ganzen, brandganzen en verwilderde
gedomesticeerde ganzen waarbij geen periodiek quotum anders dan een totaalreductie van ruim 32.000 ganzen tot 2018
oesteld is.

[2] 31.000 ovezomerende grauwe ganzen, 1800 brandganzen en een ongelimiteerd aantal soepganzen.

[3] lnmiddels zijn er tal van diervriendelijke alternatieven, onder meer in overzicht te vinden op: http://edepot.wur.nl/170210

[4] Nu is er in de beleidsnota FFW bij de betreffende ganzensoorten een uitgebreide uitweiding opgenomen omtrent ambities en
voorl Ëarden over ganzendoding, om daarna pas in te gaan op preventieve maatregelen. Hier wordt vervolgens met 1 zin
volstaan door te verwijzen naar het handboek faunaschade.

[5] Grauwe gans, brandgans en verwilderde gedomesticeerde gans.

Interessant voor jou

Vragen over het Binnenveld

Lees verder

Vragen over het doden van meerkoeten

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer