Vragen over weidegang in weidevogelgebieden
Indiendatum: mrt. 2015
Geacht college van Gedeputeerde Staten,
Toelichting
Weidegang is niet alleen goed voor de koeien zelf, maar ook voor de weidevogel. Uit recent onderzoek van het Louis Bolk Instituut blijkt namelijk dat het aantal regenwormen onder koeienvlaaien verdrievoudigt. Ook trekken mestflatten extra vliegen en mestkevers aan. Dit zijn allemaal voedselbronnen voor weidevogels en hun kuikens. Weidegang speelt dus een belangrijke rol in de voedselvoorziening en het behoud van weidevogels.[1]
Naar aanleiding van het voorgaande heeft de fractie van de Partij voor de Dieren de volgende vraag:
1. Ziet u met ons de mogelijkheid om weidegang van koeien integraal onderdeel te laten uitmaken van het gehanteerde beleid voor het beheer en de inrichting van weidevogelkerngebieden?
Namens de Partij voor de Dieren en hoogachtend,
Willem van der Steeg
Indiendatum:
mrt. 2015
Antwoorddatum: 1 jan. 1970
Toelichting:
Weidegang is niet alleen goed voor de koeien zelf , maar ook voor de weidevogel. Uit recent ondezoek van het Louis Bolk lnstituut blijkt namelijk dat het aantal regenwormen onder koeienvlaaien verdrievoudigt. Ook trekken mestflatten extra vliegen en mestkevers aan. Dit zijn allemaal voedselbronnen voor weidevogels en hun kuikens. Weidegang speelt dus een belangrijke rol in de voedselvooziening en het behoud van weidevogels. Naar aanleiding van het voorgaande heeft de fractie van de Partij voor de Dieren de volgende vraag:
1. Ziet u met ons de mogelijkheid om weidegang van koeien integraal onderdeel te laten uitmaken van het gehanteerde beleid voor het beheer en de inrichting van weidevogelkerngebieden?
Antwoord: ln de gebieden waar wij weidevogels stimuleren en subsidieren, de zogenaamde weidevogelkemgebieden, dienen de percelen onderdeel te zijn van een beheerplan, dat wordt opgesteld door de weidevogelcoördinator. We hebben verschillende subsidiepakketten beschikbaar om zowel nestbeheer als kuikenland mogelijk te maken. Kuikenland bestaat uit graslanden waar de kuikens kunnen opgroeien; deze gronden zijn grofweg tussen half april en half juni kruidenrijk. Er zijn verschillende manieren om dit te bewerkstelligen, bijvoorbeeld door niet te maaien tot midden juni, maar ook door voor te beweiden in april, zodat in mei en juni een kruidenrijke vegetatie is ontstaan. Om terug te komen op uw vraag. We hebben niet de mogelijkheid om weidegang te fìnancieren in het kader van het weidevogelbeheer. Wel gebeurt dit soms op indirecte wijze daar een gebied voor een gedeelte uit kuikenland moet bestaan: deze bestaan uit hooilanden of uit voorbeweide gronden.
Gedeputeerde Staten van Utrecht.
Interessant voor jou
Vragen over vogelgriep - vervolg
Lees verderVragen over duurzaam inkopen
Lees verder