Schrif­te­lijke vragen water­kwa­liteit en KRW-doelen


Indiendatum: 21 apr. 2022

Geacht college van Gedeputeerde Staten,

Toelichting:
Naast de stikstofcrisis waar Nederland nog steeds mee worstelt, dreigt een tweede milieucrisis: de Nederlandse waterkwaliteit is niet op orde. Nederland gaat de Europese doelen die binnen vijf jaar bereikt moeten worden waarschijnlijk niet halen. Dat kan straks "potentieel ingrijpende gevolgen" hebben voor projecten en besluiten. Er dreigen niet alleen Europese boetes, maar ook kunnen projecten en ontwikkelingen in de knel komen.

Op zich was deze waarschuwing voor onze fractie geen verrassing, daar wij hier al jaren bij herhaling op hebben gewezen. Wij zouden in dit kader de volgende vragen aan GS willen stellen:

  1. In het coalitieakkoord ‘Nieuwe Energie’ wordt de ambitie uitgesproken om, samen met de partners, de KRW doelen in 2027 te halen en om de waterschappen hierbij te ondersteunen. Geldt deze ambitie nog steeds?
  2. Zo ja, hoe denkt u deze KRW doelen in 2027 te gaan halen met betrekking tot de provincie Utrecht?
  3. Bent u van mening dat de huidige maatregelpakketten van de waterschappen afdoende gaan zijn om deze doelen te gaan halen?
  4. Denkt u dat een intensivering (financieel) nodig zal zijn? Zo ja, kunnen we de komende voorjaarsnota initiatief in deze verwachten? Onze fractie denkt namelijk dat in dit opzicht een nieuwe ‘energieboost’ noodzakelijk is.
  5. Gaat u in gesprek met de Utrechtse waterschappen naar aanleiding van het signaal van de minister?
  6. Gaat u in gesprek met het Rijk (eventueel in IPO-verband) om aan te sturen op beter Rijksbeleid ten aanzien van emissies/bronbeleid? (Dit is namelijk cruciaal om de waterkwaliteit op orde te krijgen in zowel chemisch als ecologisch opzicht)
  7. In het kader van de stikstofcrisis is er gekozen voor een gebiedsgerichte aanpak en gebiedstafels. Wij denken dat het een goed idee is om ‘water’ integraal in dit proces mee te nemen. Dat betekent oog voor kwantiteit (eventuele herziening peilbesluiten), maar dus ook voor waterkwaliteit (chemisch en ecologisch). Bent u dit met ons eens? Bent u bereid om deze integraliteit vorm te geven en om ons (RGW) hierover te informeren?
  8. De minister spreekt over Europese boetes. Gezien het ‘one out, all out’ principe van de Kaderrichtlijn Water en de staat van de Nederlandse wateren, is de kans hierop inderdaad groot. Wie gaat straks de Europese boetes betalen, het Rijk, de provincie, het waterschap of alle voorgaande?
  9. (Zie vraag 4 en de abominabele staat van de Overige wateren). Hoewel er, in tegenstelling tot de waterlichamen, geen rapportageplicht en resultaatsverplichting is richting ‘Brussel’, bent u het met ons eens dat het voor het behalen van de KRW doelen in de waterlichamen ook cruciaal is dat er een intensivering plaatsvindt ten aanzien van de zogenaamde ‘Overige wateren’ (sloten, beken, de haarvaten van het watersysteem), gezien het feit dat deze wateren het overgrote deel vormen van het Utrechtse watersysteem?

Namens de Partij voor de Dieren en hoogachtend,

Willem van der Steeg

Indiendatum: 21 apr. 2022
Antwoorddatum: 17 mei 2022

Geachte heer Van der Steeg,

U heeft op 21 april jl. schriftelijke vragen gesteld over de Nederlandse waterkwaliteit. In uw toelichting heeft u het volgende geschreven:

'Naast de stikstofcrisis waar Nederland nog steeds mee worstelt, dreigt een tweede milieucrisis: de Nederlandse waterkwaliteit is niet op orde. Nederland gaat de Europese doelen die binnen vijf jaar bereikt moeten worden waarschijnlijk niet halen. Dat kan straks "potentieel ingrijpende gevolgen" hebben voor projecten en besluiten. Er dreigen niet alleen Europese boetes, maar ook kunnen projecten en ontwikkelingen in de knel komen.' Op zich was deze waarschuwing voor onze fractie geen verrassing, daar wij hier al jaren bij herhaling op hebben gewezen.

In overeenstemming met artikel 47 RvO ontvangt u hierbij onze reactie op uw vragen.

1. In het coalitieakkoord 'Nieuwe Energie' wordt de ambitie uitgesproken om, samen met de partners, de KRW doelen in 2027 te halen en om de waterschappen hierbij te ondersteunen. Geldt deze ambitie nog steeds?

Antwoord:

Ja deze ambitie is ongewijzigd.

2. Zo ja, hoe denkt u deze KRW-doelen in 2027 te gaan halen met betrekking tot de provincie Utrecht?

Antwoord:

De opgave van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) rust op de Staat der Nederlanden. Het Rijk is verplicht om hiervoor Stroomgebiedbeheerplannen (SGBP) in te dienen. Op 22 maart 2022 zijn de SGBP's voor de derde planperiode door Nederland ingediend bij de Europese Commissie. Volgens landelijke afspraken worden de doelen voor oppervlaktewater bepaald door waterschappen, vastgelegd door provincies en door het Rijk opgenomen in het SGBP. De provincie Utrecht heeft erop toegezien dat de landelijk afgesproken methode correct is toegepast door de waterschappen. De belangrijkste verplichting die voortvloeit uit de KRW is de uitvoering van de maatregelen uit het SGBP. We zien erop toe dat de KRW-maatregelen door de waterschappen tijdig worden uitgevoerd. Daarnaast zullen ook andere maatregelen dan KRW-maatregelen moeten worden genomen om de waterkwaliteit voldoende te verbeteren, bijvoorbeeld door de agrarische sector. Hier werken we aan via de Uitvoeringsstrategie Landelijk gebied. Zie antwoord op vraag 7.

De urgentie is ook door het Rijk verwoord in het Coalitieakkoord Rutte IV en recent in diverse brieven aan de Tweede kamer. Overheden en de sector maken hierover afspraken, ook in het kader van de Stikstofaanpak en het Nationaal Programma Landelijk gebied (NPLG). Dit is Rijksbeleid, waar de provincies een regierol krijgen. De verwachting is dat wij vanuit de rol van de provincie in het landelijk gebied kunnen bijdragen aan de transitie van de landbouw. Dit volgt uit het traject van het NPLG dat door het Rijk wordt vormgegeven. Het Rijk wil de stikstofaanpak verbreden met andere opgaven, waaronder het bereiken van de KRW-doelen. In 2023 moet het Gebiedsplan op basis van de Wet Stikstofreductie en natuurverbetering (WSN) inzicht geven in de integrale, gebiedsgerichte uitwerking op provinciaal niveau. Het kabinet stelt voor de integrale, gebiedsgerichte aanpak in het Coalitieakkoord 25 miljard ter beschikking. Tot slot zijn sommige problemen lastig op te lossen, zoals stoffen die inmiddels zijn verboden (bijvoorbeeld het verdelgingsmiddel DDT(Dichloordifenyltrichloorethaan)), maar nog in milieu voorkomen. De chemische toestand bepaalt in de KRW ook of het doel wordt bereikt. Dit is een probleem dat in heel Europa speelt.

3. Bent u van mening dat de huidige maatregelpakketten van de waterschappen afdoende gaan zijn om deze doelen te gaan halen?

Antwoord:

De pakketten met KRW-maatregelen van de waterschappen zijn per definitie voldoende om de biologische kwaliteitselementen te halen. De belangrijkste parameters hiervoor zijn: waterplanten, vissen, algen en macrofauna (zoals slakken en libellen). Dat is inherent aan de KRW-methodiek. Om de ecologie voldoende te laten ontwikkelen moet ook aan andere voorwaarden worden voldaan, zoals de aanwezigheid van nutriënten in het water. Er is dus naast de uitvoering van de KRW-maatregelen ander flankerend beleid nodig. Zie antwoord op vraag 2.

4. Denkt u dat een intensivering (financieel) nodig zal zijn? Zo ja, kunnen we de komende voorjaarsnota initiatief in deze verwachten? Onze fractie denkt namelijk dat in dit opzicht een nieuwe 'energieboost' noodzakelijk is.

Antwoord:

De KRW-maatregelen worden geprogrammeerd en gefinancierd door de waterbeheerders (waterschappen en Rijkswaterstaat voor oppervlaktewater en provincies voor grondwater). Uw staten hebben in voorgaande planperioden een financiële impuls gegeven aan de waterschappen ten behoeve van de KRW: in de eerste planperiode was de impuls gericht op inrichtingsmaatregelen, in de tweede planperiode op maatregelen bij de boer. Voor de derde planperiode resteren nog voornamelijk nutriëntenmaatregelen. Voor een deel vallen deze KRW- maatregelen onder subsidieregelingen, zoals het nieuwe Nationaal Strategisch Plan (NSP) (Europese middelen, voorheen: POP3). Het nieuwe subsidiekader krijgt momenteel vorm, landelijk en provinciaal. Het nieuwe NSP loopt 6 jaar met diverse subsidieopenstellingen en kan jaarlijks worden bijgesteld als uitvoering daarom vraagt. De waterschappen leveren cofinanciering in het NSP. Gelet op de resterende opgaven, ligt het accent van de financiering van de maatregelen voor de KRW in deze planperiode op het NSP en de integrale, gebiedsgerichte Stikstofaanpak. In Kadernota 2023 wordt een voorstel gedaan voor cofinanciering van het NSP.

5. Gaat u in gesprek met de Utrechtse waterschappen naar aanleiding van het signaal van de minister?

Antwoord:

We zijn op reguliere basis in gesprek met de waterschappen over de prognose en het doelbereik voor de KRW. Dit signaal is uiteraard onderdeel van het gesprek. Op deelstroomgebied en ook via het landelijke spoor met het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat wordt gewerkt aan de juiste aanpak. Gaat u in gesprek met het Rijk (eventueel in IPO verband) om aan te sturen op beter Rijksbeleid ten aanzien van emissies/bronbeleid? (Dit is namelijk cruciaal om de waterkwaliteit op orde te krijgen in zowel chemisch als ecologisch opzicht)

Antwoord:

Dit heeft onze aandacht en we onderschrijven uw zorg. Er is overleg van het IPO en vanuit de KRW-stroomgebieden over emissiebeleid met het Rijk, zoals bijvoorbeeld het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn, dat zich richt op vermindering van emissies.

7. In het kader van de stikstofcrisis is er gekozen voor een gebiedsgerichte aanpak en gebiedstafels. Wij denken dat het een goed idee is om 'water' integraal in dit proces mee te nemen. Dat betekent oog voor kwantiteit (eventuele herziening peilbesluiten), maar dus ook voor waterkwaliteit (chemisch en ecologisch). Bent u dit met ons eens? Bent u bereid om deze integraliteit vorm te geven en om ons (RGW) hierover te informeren?

Antwoord:

Op dit moment wordt in de organisatie gewerkt aan de Uitvoeringsstrategie Landelijk gebied. Hierin worden de opgaven integraal, gebiedsgericht in samenhang gebracht. Zie hiervoor ook de informatie die u in april heeft ontvangen over de Uitvoeringsstrategie Landelijk Gebied (RGW 2022 RGW93). Water is een van de centrale opgaven in de Stikstofaanpak, overeenkomstig het Rijksbeleid.

8. De minister spreekt over Europese boetes. Gezien het 'One out, all out' principe van de Kaderrichtlijn Water en de staat van de Nederlandse wateren, is de kans hierop inderdaad groot. Wie gaat straks de Europese boetes betalen, het Rijk, de provincie, het waterschap of alle voorgaande?

Antwoord:

De lidstaat kan door de EU in gebreke worden gesteld. Als het zover komt, zou dit betekenen dat de Staat der Nederlanden de boetes krijgt opgelegd. De KRW voorziet in een mogelijkheid dat in 2027 het KRW-doel niet wordt behaald als gevolg van natuurlijke omstandigheden (art.4 lid 4 sub c KRW). Zolang de KRW-maatregelen van de waterbeheerders zijn uitgevoerd (zie antwoord op vraag 2) en de uitzonderingsbepaling van toepassing is, is er geen rechtsgrond voor de EU om Nederland in gebreke te stellen.

9. (Zie vraag 4 en de abominabele staat van de Overige wateren). Hoewel er, in tegenstelling tot de waterlichamen, geen rapportageplicht en resultaatsverplichting is richting 'Brussel', bent u het met ons eens dat het voor het behalen van de KRVW-doelen in de waterlichamen ook cruciaal is dat er een intensivering plaatsvindt ten aanzien van de zogenaamde 'Overige wateren' (sloten, beken, de haarvaten van het watersysteem), gezien het feit dat deze wateren het overgrote deel vormen van het Utrechtse watersysteem?

Antwoord:

Sinds de invoering van de KRW is de waterkwaliteit verbeterd. Het is jammer dat door het principe van "One out, all out," dit in de KRW-score niet goed tot uitdrukking komt. We zijn het met u eens dat de waterkwaliteit in het 'overige water' van belang is voor het bereiken van de KRW-doelen in de KRW-waterlichamen. Daarom zijn in het nieuwe Bodem- en waterprogramma provincie Utrecht 2022 - 2027 (PS2022RGW02) doelen voor het 'overige water' vastgelegd. De waterschappen maken afspraken met gemeenten, de agrarische sector en andere partijen om maatregelen te nemen die leiden tot verbetering van de kwaliteit van het 'overig water'.

Hoogachtend,
Gedeputeerde Staten van Utrecht

Wij staan voor:

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen roofvogelpark Bunschoten

Lees verder

Schriftelijke vragen over de Modderkruiper

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer